]> git.donarmstrong.com Git - lilypond.git/blob - Documentation/nl/learning/common-notation.itely
Merge remote-tracking branch 'origin/translation'
[lilypond.git] / Documentation / nl / learning / common-notation.itely
1 @c -*- coding: utf-8; mode: texinfo; fill-column: 60 -*-
2
3 @ignore
4     Translation of GIT committish: 12c6693055728e69dce5c4e5a4a2b5f71180a5e2
5
6     When revising a translation, copy the HEAD committish of the
7     version that you are working on.  For details, see the Contributors'
8     Guide, node Updating translation committishes..
9 @end ignore
10
11 @c Translator: Jan Nieuwenhuizen
12 @c Translation checker:
13 @c Translation checker committish:
14
15 @c \version "2.19.2"
16
17 @ignore
18 Tutorial guidelines:  (different from policy.txt!)
19 - unless you have a really good reason, use either
20     @lilypond[verbatim,quote]
21   or
22     @lilypond[verbatim,quote,relative=2]
23
24   Don't use any other relative=X commands.
25
26 - use "aes" and "ees" instead of "as" and "es".  I know it's not
27   correct Dutch naming, but let's not confuse people with this
28   until we get to the Basic notation chapter.
29
30 - Add "Music Glossary: @rglos{foo}" to the *top* of the relevant
31   portions of the tutorial.
32
33 @end ignore
34
35
36 @node Algemene muzieknotatie
37 @translationof Common notation
38 @chapter Algemene muzieknotatie
39
40 In dit hoofdstuk wordt uitgelegd hoe je prachtig geprinte
41 muziek maakt met algemene muzieknotatie; dit is het vervolg
42 op het materiaal in het @ref{Leerboek}.
43
44 @menu
45 * Notatie voor een enkele notenbalk::
46 * Verschillende noten tegelijk klinkend::
47 * Vocale muziek::
48 * De puntjes op de i's::
49 @end menu
50
51
52 @node Notatie voor een enkele notenbalk
53 @translationof Single staff notation
54 @section Notatie voor een enkele notenbalk
55
56 Deze paragraaf introduceert algemene muzieknotatie gebruikt
57 voor een enkelvoudige melodie op één notenbalk.
58
59 @menu
60 * Maat-controles::
61 * Verplaatsingstekens en toonsoorten::
62 * Overbindingen en legatobogen::
63 * Articulatie en dynamiek::
64 * Tekst toevoegen::
65 * Automatische en handmatige waardestrepen::
66 * Geavanceerde ritmische commando's::
67 @end menu
68
69
70 @node Maat-controles
71 @subsection Maat-controles
72 @translationof Bar checks
73
74 Alhoewel ze niet strikt noodzakelijk zijn, zouden
75 @emph{maat-controles} gebruikt moeten worden in de
76 invoer-code om aan te geven waar de maatstrepen verwacht
77 worden.  Ze worden ingevoerd met het vertikale
78 streep-symbool, @code{|}.  Met behulp van deze
79 maat-controles kan het programma nagaan, door de nootlengten
80 die je ingevoerd hebt op te tellen, dat alle maten precies
81 gevuld zijn.  Maat-controles maken de invoer-code eenvoudiger
82 te lezen, omdat ze helpen deze opgeruimd te houden.
83
84 @lilypond[verbatim,quote,relative=2]
85 g1 | e1 | c2. c'4 | g4 c g e | c4 r r2 |
86 @end lilypond
87
88 @seealso
89 Notatiehandleiding:
90 @ruser{Bar and bar number checks}.
91
92
93 @node Verplaatsingstekens en toonsoorten
94 @translationof Accidentals and key signatures
95 @subsection Verplaatsingstekens en toonsoorten
96
97 @warning{Voor nieuwe gebruikers kan dit soms verwarrend zijn
98 -- lees de waarschuwing onderaan deze pagina, vooral als je
99 niet zo vertrouwd bent met muziektheorie!}
100
101 @subheading Verplaatsingstekens
102
103 @cindex verplaatsingstekens
104 @cindex toevallige tekens en toonsoorten
105 @cindex kruis
106 @cindex dubbelkruis
107 @cindex kruis, dubbel
108 @cindex mol
109 @cindex dubbelmol
110 @cindex mol, dubbel
111
112 @funindex es
113 @funindex is
114 @funindex eses
115 @funindex isis
116
117 Terminologie: @rglos{sharp}, @rglos{flat}, @rglos{double
118 sharp}, @rglos{double flat}, @rglos{accidental}.
119
120 Een noot met een @notation{kruis} maak je door @code{is}
121 achter de naam te plakken, en een noot met een
122 @notation{mol} maak je door er @code{es} achter te plakken.
123 Zoals je zou kunnen verwachten, een @notation{dubbelkruis}
124 of @notation{dubbelmol} wordt gemaakt door het toevoegen van
125 @code{isis} of @code{eses}.  Deze syntax is afgeleid van de
126 Noordse en Germaanse talen zoals het Duits en het
127 Nederlands.  Om andere namen te gebruiken voor
128 @notation{verplaatsingstekens}, zie @ruser{Note names in
129 other languages}.
130
131 @lilypond[verbatim,quote,relative=2]
132 cis4 ees fisis, aeses
133 @end lilypond
134
135 @cindex toonsoort, zetten van
136 @subheading Toonsoorten
137
138 @cindex toonsoort
139 @cindex majeur, groot
140 @cindex mineur, klein
141 @cindex toevallige tekens en toonsoort
142 @cindex verplaatsingstekens en toonsoort
143 @cindex invoer versus layout
144 @cindex layout versus invoer
145
146 @funindex \key
147 @funindex key
148 @funindex \major
149 @funindex major
150 @funindex \minor
151 @funindex minor
152
153 Terminologie: @rglos{key signature}, @rglos{major},
154 @rglos{minor}.
155
156 De @notation{toonsoort} wordt gezet met het commando
157 @code{\key} gevolgd door een toonhoogte en @code{\major} of
158 @code{\minor}.
159
160 @lilypond[verbatim,quote,relative=2]
161 \key d \major
162 a1 |
163 \key c \minor
164 a1 |
165 @end lilypond
166
167 @smallspace
168
169 @subheading Waarschuwing: toonsoorten en toonhoogten
170
171 Terminologie: @rglos{accidental}, @rglos{key signature},
172 @rglos{pitch}, @rglos{flat}, @rglos{natural}, @rglos{sharp},
173 @rglos{transposition}, @rglos{Pitch names}.
174
175 Om uit te maken of er wel of geen @notation{toevallig teken}
176 geprint moet worden, onderzoekt LilyPond de toonhoogten en
177 de @notation{toonsoort}.  De toonsoort beïnvloed alleen het
178 @emph{printen} van toevallige tekens, en niet de
179 @notation{toonhoogte} van de noot!  Deze functie zaait vaak
180 verwarring bij nieuwe gebruikers, dus laten we het eens wat
181 beter bekijken.
182
183 LilyPond maakt een duidelijk onderscheid tussen muzikale
184 beschrijving en layout.  De verhoging of verlaging
185 (@notation{mol}, @notation{herstellingsteken} of
186 @notation{kruis}) van een noot is onderdeel van de
187 toonhoogte, en is dus de muzikale beschrijving.  Of een
188 toevallig teken (een @emph{geprinte} mol, herstellingteken
189 of kruis) ook daadwerkelijk vóór de betreffende noot wordt
190 geprint, dat is een kwestie van layout.  Voor de layout
191 bestaan regels, dus toevallige tekens worden automatisch
192 geprint volgens die regels.  De toonhoogten in je muziek
193 zijn kunstuitingen, dus die zullen niet automatisch worden
194 toegevoegd, en je moet zelf datgene invoeren wat je wilt
195 horen.
196
197 In dit voorbeeld:
198
199 @lilypond[verbatim,quote,relative=2]
200 \key d \major
201 cis4 d e fis
202 @end lilypond
203
204 @noindent
205 wordt voor geen enkele noot een toevallig teken geprint,
206 maar je moet toch @code{is} toevoegen en @code{cis} en
207 @code{fis} in het invoerbestand typen.
208
209 De code @code{b} betekent niet @qq{print een zwart bolletje
210 op de middelste lijn van de notenbalk.}  Het betekent
211 veelmeer @qq{er is hier een noot met toonhoogte B-stamtoon.}
212 In de toonsoort van A-mol majeur, krijgt hij bij het printen
213 @emph{toch} een toevallig teken:
214
215 @lilypond[verbatim,quote,relative=2]
216 \key aes \major
217 aes4 c b c
218 @end lilypond
219
220 Als het bovenstaand voorbeeld verwarrend is, ga dan eens na:
221 als je piano aan het spelen was, welke toets zou je
222 aanslaan?  Als je een zwarte aan zou slaan, dan @emph{moet}
223 je @w{@code{-is}} of @w{@code{-es}} aan de notenaam toevoegen!
224
225 Het expliciet toevoegen van alle verplaatsingen vergt
226 misschien een klein beetje extra inspanning tijdens het
227 intypen, maar het voordeel is dat @notation{transponeren}
228 eenvoudiger is, en toevallige tekens kunnen automatisch
229 geplaatst en geprint worden volgens verschillende
230 conventies.  Voor enkele voorbeelden van het printen van
231 toevallige tekens volgens verschillende regels, zie
232 @ruser{Automatic accidentals}.
233
234
235 @seealso
236 Notatiehandleiding:
237 @ruser{Note names in other languages},
238 @ruser{Accidentals},
239 @ruser{Automatic accidentals},
240 @ruser{Key signature}.
241
242
243 @node Overbindingen en legatobogen
244 @translationof Ties and slurs
245 @subsection Overbindingen en legatobogen
246
247 @cindex overbinding
248 @cindex legatoboog
249 @cindex fraseringsboog
250 @cindex boog, frasering
251
252 @funindex ~
253 @funindex ( ... )
254 @funindex \( ... \)
255
256 @subheading Overbindingen
257
258
259 Terminologie: @rglos{tie}.
260
261 Een @notation{overbinding} maak je door het toevoegen van
262 een tilde @code{~} aan de eerste noot die overgebonden
263 wordt.
264
265 @lilypond[verbatim,quote,relative=2]
266 g4~ 4 c2~ | 4~ 8 a~ 2 |
267 @end lilypond
268
269 @subheading Legatobogen
270
271
272 Terminologie: @rglos{slur}.
273
274 Een @notation{legatoboog} is een kromme, getrokken over een
275 aantal noten.  De beginnoot en eindnoot worden gemarkeerd
276 met respectievelijk @code{(} en @code{)}.
277
278 @lilypond[verbatim,quote,relative=2]
279 d4( c16) cis( d e c cis d) e( d4)
280 @end lilypond
281
282 @subheading Fraseringsbogen
283
284 Terminologie: @rglos{slur}, @rglos{phrasing}.
285
286 Bogen die langere @notation{frasering} aangeven kunnen
287 worden ingevoerd met @code{\(} en @code{\)}.  Je een
288 @notation{legatoboog} een een @notation{fraseringsboog}
289 tegelijkertijd gebruiken, maar je kunt geen gelijktijdige
290 legatobogen of gelijktijdige fraseringsbogen gebruiken.
291
292 @lilypond[verbatim,quote,relative=2]
293 g4\( g8( a) b( c) b4\)
294 @end lilypond
295
296 @smallspace
297
298 @cindex legatobogen versus overbindingen
299 @subheading Waarschuwingen: legatobogen versus overbindingen
300
301 Terminologie: @rglos{articulation}, @rglos{slur}, @rglos{tie}.
302
303 Een @notation{legatoboog} ziet er net zo uit als een
304 @notation{overbinding}, maar heeft een andere betekenis.
305 Een overbinding maakt de eerste noot gewoon langer, en kan
306 alleen gebruikt worden tussen twee noten van dezelfde
307 toonhoogte.  Legatobogen geven de speelwijze of
308 @notation{articulatie} van noten aan, en kunnen worden
309 gebruikt over grotere nootgroepen.  Legatobogen en
310 overbindingen kunnen worden genest.
311
312 @lilypond[verbatim,quote,relative=2]
313 c4~( c8 d~ 4 e)
314 @end lilypond
315
316
317 @seealso
318 Notatiehandleiding:
319 @ruser{Ties},
320 @ruser{Slurs},
321 @ruser{Phrasing slurs}.
322
323
324 @node Articulatie en dynamiek
325 @translationof Articulation and dynamics
326 @subsection Articulatie en dynamiek
327
328
329 @subheading Articulaties
330
331 @cindex articulatie
332 @cindex speelwijze
333 @cindex accent
334 @cindex staccato
335
336 Terminologie: @rglos{articulation}.
337
338 Algemene @notation{articulaties} kunnen worden toegevoegd
339 aan een noot met een streepje @code{-} en een enkel
340 karakter:
341
342 @lilypond[verbatim,quote,relative=2]
343 c4-^ c-+ c-- c-!
344 c4-> c-. c2-_
345 @end lilypond
346
347 @subheading Vingerzetting
348
349 @cindex vingerzetting
350
351 @funindex ^
352 @funindex _
353
354 Terminologie: @rglos{fingering}.
355
356 Op soortgelijke manier wordt een @notation{vingerzetting}
357 aan een noot toegevoegd met een streepje (@code{-}) en het
358 cijfer dat moet worden geprint:
359
360 @lilypond[verbatim,quote,relative=2]
361 c4-3 e-5 b-2 a-1
362 @end lilypond
363
364 Je kunt meerdere articulaties bij dezelfde noot gebruiken.
365 Articulaties en vingerzetting worden gewoonlijk automatisch
366 geplaatst, maar je kunt een richting specificeren door het
367 streepje (@code{-}) te vervangen door @code{^} (boven) or
368 @code{_} (onder).  Echter, in de meeste gevallen is het
369 beter om LilyPond de richting van de articulaties te laten
370 uitzoeken.
371
372 @lilypond[verbatim,quote,relative=2]
373 c4_-^1 d^. f^4_2-> e^-_+
374 @end lilypond
375
376 @subheading Dynamiek
377
378 @cindex dynamiek
379 @cindex decrescendo
380 @cindex crescendo
381
382 @funindex \f
383 @funindex \ff
384 @funindex \mp
385 @funindex \p
386 @funindex \mf
387 @funindex \pp
388 @funindex \<
389 @funindex <
390 @funindex \>
391 @funindex >
392 @funindex \!
393 @funindex !
394
395 Terminologie: @rglos{dynamics}, @rglos{crescendo},
396 @rglos{decrescendo}.
397
398 @notation{Dynamische} tekens maak je door het teken (met een
399 backslash) aan de noot toe te voegen:
400
401 @lilypond[verbatim,quote,relative=2]
402 c4\ff c\mf c\p c\pp
403 @end lilypond
404
405
406 @notation{Crescendi} en @notation{decrescendi} begin je met
407 de commando's @code{\<} en @code{\>}.  Het volgende
408 dynamische teken, bijvoorbeeld @code{\f}, beïndigt de
409 (de)crescendo maar je kunt ook het commando @code{\!}
410 gebruiken:
411
412 @lilypond[verbatim,quote,relative=2]
413 c4\< c\ff\> c c\!
414 @end lilypond
415
416
417 @seealso
418 Notatiehandleiding:
419 @ruser{Articulations and ornamentations},
420 @ruser{Fingering instructions},
421 @ruser{Dynamics}.
422
423
424 @node Tekst toevoegen
425 @translationof Adding text
426 @subsection Tekst toevoegen
427
428 @cindex tekst, toevoegen
429 @cindex toevoegen van tekst text
430 @cindex opmaak
431 @cindex markup
432
433 @funindex \markup
434 @funindex markup
435
436 Je kunt tekst aan je muziek toevoegen door:
437
438 @lilypond[verbatim,quote,relative=2]
439 c2^"espr" a_"legato"
440 @end lilypond
441
442 Extra formattering kan worden toegevoegd met het
443 @code{\markup}-commando:
444
445 @lilypond[verbatim,quote,relative=2]
446 c2^\markup { \bold espr }
447 a2_\markup {
448   \dynamic f \italic \small { 2nd } \hspace #0.1 \dynamic p
449 }
450 @end lilypond
451
452
453 @seealso
454 Notatiehandleiding:
455 @ruser{Writing text}.
456
457
458 @node Automatische en handmatige waardestrepen
459 @translationof Automatic and manual beams
460 @subsection Automatische en handmatige waardestrepen
461
462 @cindex waardestrepen
463 @cindex automatische waardestrepen
464 @cindex handmatige waardestrepen
465 @cindex waardestrepen, automatisch
466 @cindex waardestrepen, handmatig
467 @cindex waardestrepen, met de hand
468
469 @funindex [ ... ]
470 @funindex [
471 @funindex ]
472 @funindex \autoBeamOff
473 @funindex autoBeamOff
474 @funindex \autoBeamOn
475 @funindex autoBeamOn
476
477 Terminologie: @rglos{beam}.
478
479 Alle @notation{waardestrepen} worden automatisch getekend:
480
481 @lilypond[verbatim,quote,relative=2]
482 a8[ ais] d[ ees r d] c16 b a8
483 @end lilypond
484
485 Als de automatische waardestrepen je niet bevallen, kun je
486 ze handmatig overschijven.  Om een bepaalde waardestreep te
487 verbeteren markeer je de eerste noot met @code{[} en de
488 laatste met @code{]}.
489
490 @lilypond[verbatim,quote,relative=2]
491 a8[ ais] d[ ees r d] a b
492 @end lilypond
493
494 Als je de automatische waardestrepen helemaal uit wilt
495 zetten voor een bepaald stuk muziek, gebruik je het commando
496 @code{\autoBeamOff} om de automatische waardestrepen uit te
497 zetten en @code{\autoBeamOn} om ze weer aan te zetten.
498
499 @lilypond[verbatim,quote,relative=2]
500 \autoBeamOff
501 a8 c b4 d8. c16 b4 |
502 \autoBeamOn
503 a8 c b4 d8. c16 b4 |
504 @end lilypond
505
506
507 @seealso
508 Notatiehandleiding:
509 @ruser{Automatic beams},
510 @ruser{Manual beams}.
511
512
513 @node Geavanceerde ritmische commando's
514 @translationof Advanced rhythmic commands
515 @subsection Geavanceerde ritmische commando's
516
517 @subheading Opmaat
518
519 @cindex opmaat
520 @cindex anacrouse
521 @cindex onvolledige maat
522
523 @funindex \partial
524 @funindex partial
525
526 Terminologie: @rglos{anacrusis}.
527
528 Een opmaat (of @notation{anacrouse}) wordt ingevoerd met het
529 sleutelwoord @code{\partial}.  Het wordt gevolgd door een
530 nootlengte: @code{\partial 4} is een opmaat van een kwart en
531 @code{\partial 8} een achtste.
532
533 @lilypond[verbatim,quote,relative=2]
534 \partial 8 f8 |
535 c2 d |
536 @end lilypond
537
538 @c Note bene: duolen, triolen, kwartolen etc. worden anti-metrische
539 @c figuren genoemd, hoewel ze in feite anti-ritmisch zijn -- hemiolen
540 @c zijn veeleer anti-metrisch
541 @subheading Antimetrische figuren
542
543 @cindex antimetrische figuren
544 @cindex triolen
545
546 @funindex \times
547 @funindex times
548
549 Terminologie: @rglos{note value}, @rglos{triplet}.
550
551 @notation{Antimetrische figuren} wordeg gemaakt met het
552 @code{\times} sleutelwoord.  Het verwacht twee parameters:
553 een fractie (breuk) en een stuk muziek.  De lengte van het
554 stuk muziek wordt vermenigvuldigd met de fractie.  Een triol
555 maakt dat de noten 2/3 van hun lengte duren, dus een
556 @notation{triool} heeft als fractie 2/3
557
558 @lilypond[verbatim,quote,relative=2]
559 \tuplet 3/2 { f8 g a }
560 \tuplet 3/2 { c8 r c }
561 \tuplet 3/2 { f,8 g16[ a g a] }
562 \tuplet 3/2 { d4 a8 }
563 @end lilypond
564
565 @subheading Versieringen
566
567 @cindex versieringen
568 @cindex voorslag
569 @cindex naslag
570 @cindex acciaccatura
571 @cindex appoggiatura
572
573 @funindex \grace
574 @funindex grace
575 @funindex \acciaccatura
576 @funindex acciaccatura
577 @funindex \appoggiatura
578 @funindex acciaccatura
579
580 Terminologie: @rglos{grace notes}, @rglos{acciaccatura},
581 @rglos{appoggiatura}.
582
583 @notation{Versieringen} worden gemaakt met het @code{\grace}
584 commando, hoewel ze ook gemaakt kunenn worden door een het
585 sleutelwoord @code{\appoggiatura} of @code{\acciaccatura}
586 voor een muziekuitdrukking te zetten
587
588 @lilypond[verbatim,quote,relative=2]
589 c2 \grace { a32 b } c2 |
590 c2 \appoggiatura b16 c2 |
591 c2 \acciaccatura b16 c2 |
592 @end lilypond
593
594
595 @seealso
596 Notatiehandleiding:
597 @ruser{Grace notes},
598 @ruser{Tuplets},
599 @ruser{Upbeats}.
600
601
602 @node Verschillende noten tegelijk klinkend
603 @translationof Multiple notes at once
604 @section Verschillende noten tegelijk klinkend
605
606 Deze paragraaf introduceert het hebben van meer dan één
607 klinkende noot tegelijkertijd: verscheidene instrumenten,
608 verscheidene notenbalken voor één instrument (bijv. piano),
609 en akkoorden.
610
611 Polyfonie betekent in de muziek het hebben van meer dan één
612 klinkende melodie tegelijk.  Polyfonie in LilyPond betekent
613 het hebben van meer dan een stem op dezelfde notenbalk.
614
615 @menu
616 * Muziekuitdrukkingen nader verklaard::
617 * Meerdere notenbalken::
618 * Notenbalkgroepen::
619 * Het combineren van noten tot accoorden::
620 * Polyfonie binnen een notenbalk::
621 @end menu
622
623
624 @node Muziekuitdrukkingen nader verklaard
625 @translationof Music expressions explained
626 @subsection Muziekuitdrukkingen nader verklaard
627
628 @cindex muziekuitdrukking
629 @cindex uitdrukking, muziek
630 @cindex samengestelde muziekuitdrukking
631 @cindex muziekuitdrukking, samengesteld
632
633 In LilyPond-invoerbestanden wordt muziek gerepresenteerd
634 door @emph{muziekuitdrukkingen}.  Een enkele noot is een
635 muziekuitdrukking:
636
637 @lilypond[verbatim,quote,relative=2] a4
638 @end lilypond
639
640 Een noot tussen accolades zetten maakt er een
641 @emph{samengestelde muziekuitdrukking} van.  Hier hebben we
642 een samengestelde muziekuitdrukking gemaakt die twee noten
643 bevat:
644
645 @lilypond[verbatim,quote,relative=2]
646 { a4 g4 }
647 @end lilypond
648
649 Een groep muziekuitdrukkingen (bijv. noten) tussen accolades
650 zetten betekent dat ze een sequentie zijn (d.w.z. de ene
651 volgt op de vorige).  Het resultaat is een nieuwe
652 muziekuitdrukking:
653
654 @lilypond[verbatim,quote,relative=2]
655 { { a4 g } f4 g }
656 @end lilypond
657
658 @subheading Analogie: wiskundige uitdrukkingen
659
660 Dit mechanisme lijkt op wiskundige formules: een grote
661 formule wordt gemaakt door een samenstelling van kleine
662 formules.  Zulke formules worden uitdrukkingen genoemd, en
663 ze kunnen andere uitdrukkingen bevatten, zodat je
664 willekeurig ingewikkelde en grote uitdrukkingen kunt maken.
665 Bijvoorbeeld,
666
667 @example
668 1
669
670 1 + 2
671
672 (1 + 2) * 3
673
674 ((1 + 2) * 3) / (4 * 5)
675 @end example
676
677 Dit is een opeenvolging van uitdrukkingen, waar elke
678 uitdrukking onderdeel is van de volgende (grotere)
679 uitdrukking.  De eenvoudigste uitdrukkingen zijn getallen,
680 en grotere worden gemaakt door het combineren van
681 uitdrukkingen met operatoren (zoals @code{+}, @code{*} en
682 @code{/}) en haakjes.  Net als wiskundige uitdrukkingen,
683 kunnen muziekuitdrukkingen willekeurig diep worden genest,
684 wat nodig is voor ingewikkelde muziek zoals polyfone
685 partituren.
686
687
688 @subheading Simultane muziekuitdrukkingen: meerdere notenbalken
689
690 @cindex meerdere notenbalken
691 @cindex notenbalken, meerdere
692 @cindex polyfonie
693 @cindex combineren van gelijktijdige uitdrukkingen
694 @cindex gelijktijdige uitdrukkingen
695 @cindex uitdrukkingen, gelijktijdig
696 @cindex relatieve noten en gelijktijdige muziek
697 @cindex relatieve noten en gelijktijdige uitdrukkingen
698 @cindex simultane muziek en relatieve noten
699 @cindex gelijktijdige uitdrukkingen en relatieve noten
700
701 @funindex <<
702 @funindex >>
703 @funindex << ... >>
704
705 Terminologie: @rglos{polyphony}.
706
707 Deze techniek is nuttig voor @notation{polyfone} muziek.
708 Voor het invoeren van muziek met meerdere stemmen of
709 meerdere notenbalken, combineren we uitdrukkingen
710 gelijktijdig.  Om aan te geven dat twee stemmen tegelijk
711 klinken, voer je gewoon een simultane samenstelling van
712 muziekuitdrukkingen in.  Een @q{simultane} muziekuitdrukking
713 wordt gevormd door uitdrukkingen te tussen @code{<<} en
714 @code{>>} te zetten.  In onderstaand voorbeeld, zijn drie
715 sequenties (die allemaal enkele noten bevatten) simultaan
716 samengesteld:
717
718 @lilypond[verbatim,quote]
719 \relative c'' {
720   <<
721     { a2 g }
722     { f2 e }
723     { d2 b }
724   >>
725 }
726 @end lilypond
727
728 Merk op dat we elk niveau van de invoer met een ander aantal
729 spaties hebben ingesprongen.  Het maakt LilyPond niet uit
730 hoeveel (of hoe weinig) spaties er aan het begin van een
731 regel staan, maar het op deze wijze inspringen van
732 LilyPond-code maakt het voor mensen veel leesbaarder.
733
734 @warning{elke noot is relatief aan de vorige noot in de
735 invoer, niet relatief aan de @code{c''} in het eerste
736 @code{@bs{}relative} commando.}
737
738
739 @subheading Simultane muziekuitdrukking: enkele notenbalk
740
741 Om het aantal notenbalken in een stuk te bepalen, kijkt
742 LilyPond naar het begin van de eerste uitdrukking.  Als dat
743 een enkele noot is, is er één notenbalk; als dat een
744 simultane uitdrukking is, is er meer dan één notenbalk.
745 Onderstaand voorbeeld toont een ingewikkelde uitdrukking,
746 maar omdat het begint met een enkele noot wordt het
747 genoteerd op een enkele notenbalk.
748
749 @lilypond[verbatim,quote]
750 \relative c'' {
751   c2 <<c e>> |
752   << { e2 f } { c2 <<b d>> } >> |
753 }
754 @end lilypond
755
756 @node Meerdere notenbalken
757 @translationof Multiple staves
758 @subsection Meerdere notenbalken
759
760 @cindex meerdere notenbalken
761 @cindex notenbalken, meerdere
762 @cindex context
763 @cindex context, notatie
764 @cindex notatiecontext
765
766 @funindex \new Staff
767 @funindex new Staff
768 @funindex Staff
769 @funindex \new
770 @funindex new
771 @funindex Score
772 @funindex Voice
773 @funindex Lyrics
774 @funindex ChordNames
775
776 LilyPond-invoerbestanden bestaan uit muziekuitdrukkingen,
777 zoals we zagen in @ref{Muziekuitdrukkingen nader verklaard}.
778 Als de partituur begint met een simultane muziekuitdrukking,
779 maakt LilyPond meerdere notenbalken.  Echter, het is
780 eenvoudiger te zien wat er gebeurt als we de notebalk
781 expliciet creëren.
782
783 Om meer dan een één notenbalk te printen, wordt elk stuk
784 muziek dat een op een notebalk hoort gemarkeerd door er
785 @code{\new Staff} voor te zetten.  Deze
786 @code{Staff}-elementen worden dan gelijktijdig samengesteld
787 met @code{<<} en @code{>>}:
788
789 @lilypond[verbatim,quote]
790 \relative c'' {
791   <<
792     \new Staff { \clef "treble" c4 }
793     \new Staff { \clef "bass" c,,4 }
794   >>
795 }
796 @end lilypond
797
798 Het commando @code{\new} opent een @q{notatiecontext.}  Een
799 notatiecontext is een omgeving waarin muziekelementen (zoals
800 noten of @code{\clef}-commando's) worden geïnterpreteerd.
801 Voor eenvoudige stukken worden zulke notatiecontexten
802 automatisch aangemaakt.  Voor ingewikkeldere stukken, is het
803 beter om contexten expliciet aan te geven.
804
805 Er zijn verschillende soorten van contexten.  @code{Score},
806 @code{Staff}, en @code{Voice} zorgen voor melodische
807 notatie, terwijl @code{Lyrics} liedteksten zet en
808 @code{ChordNames} accoordnamen print.
809
810 In syntaxtermen maakt het laten voorafgaan van Als je
811 @code{\new} voor een muziekuitdrukking zet, maakt dat in
812 syntaxtermen een grotere muziekuitdrukking.  Dat lijkt op
813 het minteken in de wiskunde.  De formule @math{(4+5)} is een
814 uitdrukking, dus @math{-(4+5)} is een grotere uitdrukking.
815
816 Maatsoorten die in één notenbalk worden ingevoerd,
817 beïnvloeden standaard ook alle andere notenbalken.  And de
818 andere kant, de toonsoort van een notenbalk heeft
819 @emph{geen} invloed op andere notenbalken.  Dit verschil in
820 standaard gedrag is omdat partituren met transponerende
821 instrumenten veel meer voorkomen dan polyritmische
822 partituren.
823
824 @lilypond[verbatim,quote]
825 \relative c'' {
826   <<
827     \new Staff { \clef "treble" \key d \major \time 3/4 c4 }
828     \new Staff { \clef "bass" c,,4 }
829   >>
830 }
831 @end lilypond
832
833
834
835
836 @node Notenbalkgroepen
837 @translationof Staff groups
838 @subsection Notenbalkgroepen
839
840 @cindex pianobalk
841 @cindex notenbalk, piano
842 @cindex koorbalk
843 @cindex notenbalk, koor
844 @cindex manuaalbalk
845 @cindex notenbalk, manuaal
846 @cindex notenbalkgroep
847
848 @funindex PianoStaff
849 @funindex GrandStaff
850 @funindex ChoirStaff
851
852 Terminologie:
853 @rglos{brace},
854 @rglos{staff},
855 @rglos{system}.
856
857 Pianomuziek wordt meestal genoteerd op twee notenbalken die
858 verbonden zijn door een @notation{accolade}.  Het afdrukken
859 van zo'n balk gaat hetzelfde als in het polyfone voorbeeld
860 in @ref{Meerdere notenbalken}.  Echter, nu wordt de gehele
861 uitdrukking in een @code{PianoStaff} gestopt:
862
863 @example
864 \new PianoStaff <<
865   \new Staff @dots{}
866   \new Staff @dots{}
867 >>
868 @end example
869
870 Hier is een voorbeeldje:
871
872 @lilypond[verbatim,quote]
873 \relative c'' {
874   \new PianoStaff <<
875     \new Staff { \time 2/4 c4 e | g g, | }
876     \new Staff { \clef bass c,,4 c' | e c | }
877   >>
878 }
879 @end lilypond
880
881 Andere notenbalkgroeperingen gaan met @code{\new
882 GrandStaff}, geschikt voor for orkestpartituren, en
883 @w{@code{\new ChoirStaff}}, geschikt voor vocale partituren.
884 Deze notenbalkgroepen vormen allemaal een ander type
885 context, namelijk een die een accolade aan de linkerkant van
886 elk systeem maakt en ook de lengte van de maatstrepen
887 bepaalt.
888
889
890 @seealso
891 Notatiehandleiding:
892 @ruser{Keyboard and other multi-staff instruments},
893 @ruser{Displaying staves}.
894
895
896 @node Het combineren van noten tot accoorden
897 @translationof Combining notes into chords
898 @subsection Het combineren van noten tot accoorden
899
900 Terminologie: @rglos{chord}.
901
902 @cindex accoorden
903 @cindex nootlengten in accoorden
904
905 @funindex <
906 @funindex >
907 @funindex < ... >
908
909 We zagen eerder hoe noten kunnen worden gecombineerd tot
910 @notation{accoorden} door aan te geven dat ze tegelijk
911 klinken door ze tussen dubbele gehoekte haken te zetten.
912 Echter, de normale manier om een accoord aan te geven is
913 door de toonhoogten tussen @emph{enkele} hoekige haken te
914 zetten.  Merk op dat alle noten in een accoord dezelfde
915 lengte moeten hebben, en dat die lengte na de afsluitende
916 haak komt.
917
918 @lilypond[verbatim,quote,relative=2]
919 r4 <c e g> <c f a>2
920 @end lilypond
921
922 Beschouw accoorden als vrijwel identiek aan enkele noten:
923 bijna alles wat je aan een enkele noot kunt plakken, kun je
924 aan een accoord plakken, en alles komt @emph{buiten} de
925 hoekige haken.  Bijvoorbeeld, je kunt markeringen als
926 waardestrepen en overbindingen gebruiken met accoorden.  Ze
927 worden geplaatst buiten de hoekige haken.
928
929 @lilypond[verbatim,quote,relative=2]
930 r4 <c e g>~ <c f a>2 |
931 <c e g>8[ <c f a> <c e g> <c f a>]
932   <c e g>\>[ <c f a> <c f a> <c e g>]\! |
933 r4 <c e g>8.\p <c f a>16( <c e g>4-. <c f a>) |
934 @end lilypond
935
936 @seealso
937 Notatiehandleiding:
938 @ruser{Chorded notes}.
939
940
941 @node Polyfonie binnen een notenbalk
942 @translationof Single staff polyphony
943 @subsection Polyfonie binnen een notenbalk
944
945 @cindex polyfonie
946 @cindex meerdere stemmen
947 @cindex stemmen, meerdere op een balk
948 @cindex enkelbalks polyfonie
949 @cindex spatierust
950 @cindex rust, spatie
951
952 @funindex << ... \\ ... >>
953 @funindex <<
954 @funindex \\
955 @funindex >>
956
957 Polyfone muziek in LilyPond, hoewel niet moeilijk, maakt
958 gebruik van concepten die we nog niet hebben besproken, dus
959 kunnen we nog niet introduceren.  In plaats daarvan worden
960 in de volgende paragrafen eerst deze concepten uitvoerig
961 verklaard.
962
963 @seealso
964 Beginnershandleiding:
965 @ref{Voices contain music}.
966
967 Notatiehandleiding:
968 @ruser{Simultaneous notes}.
969
970 @node Vocale muziek
971 @translationof Songs
972 @section Vocale muziek
973
974 Deze paragraaf introduceert vocale muziek en eenvoudige
975 liedjes.
976
977 @menu
978 * Het zetten van eenvoudige liedjes::
979 * Liedteksten uitrichten op een melodie::
980 * Liedteksten bij meerdere notenbalken::
981 @end menu
982
983
984 @node Het zetten van eenvoudige liedjes
985 @translationof Setting simple songs
986 @subsection Het zetten van eenvoudige liedjes
987
988 @cindex liedteksten
989 @cindex liedjes
990
991 @funindex \addlyrics
992 @funindex addlyrics
993
994 Terminologie: @rglos{lyrics}.
995
996 Hier is het begin van de melodie van een slaapliedje,
997 @notation{Girls and boys come out to play}:
998
999 @lilypond[verbatim,quote]
1000 \relative c'' {
1001   \key g \major
1002   \time 6/8
1003   d4 b8 c4 a8 | d4 b8 g4
1004 }
1005 @end lilypond
1006
1007 De @notation{liedteksten} kunnen op deze noten worden gezet,
1008 door beiden te combineren met het
1009 @code{\addlyrics}-sleutelwoord.  Liedteksten worden
1010 ingevoerd door de lettergrepen van elkaar te scheiden met
1011 een spatie.
1012
1013 @lilypond[verbatim,quote]
1014 <<
1015   \relative c'' {
1016     \key g \major
1017     \time 6/8
1018     d4 b8 c4 a8 | d4 b8 g4
1019   }
1020   \addlyrics {
1021     Girls and boys come | out to play,
1022   }
1023 >>
1024 @end lilypond
1025
1026 @warning{Het is van essentiëel belang dat de laatste
1027 lettergreep van de afsluitende accolade gescheiden wordt
1028 door een spatie of nieuwe regel, anders wordt aangenomen dat
1029 de accolade nog deel uitmaakt van die lettergreep, wat een
1030 obscure foutmelding oplevert, zie @rprogram{Apparent error
1031 in ../ly/init.ly}.}
1032
1033 Merk de hoekige haken @w{@code{<< ... >>}} op die om
1034 het hele stuk heen staan en aangeven dat de muziek en de
1035 woorden tegelijk klinken.
1036
1037 @node Liedteksten uitrichten op een melodie
1038 @translationof Aligning lyrics to a melody
1039 @subsection Liedteksten uitrichten op een melodie
1040
1041 @cindex melisma
1042 @cindex legatolijn
1043 @cindex streepjes
1044 @cindex underscore
1045 @cindex liedteksten, uitrichten
1046 @cindex uitrichten van liedteksten
1047 @cindex liedteksten, woorden met meerdere lettergrepen
1048 @cindex woorden met meerdere lettergrepen in liedteksten
1049
1050 Terminologie: @rglos{melisma}, @rglos{extender line}.
1051
1052 De volgende regel van het slaapliedje is @notation{The moon
1053 doth shine as bright as day}.  Laten we die ook invoeren:
1054
1055 @lilypond[verbatim,quote]
1056 <<
1057   \relative c'' {
1058     \key g \major
1059     \time 6/8
1060     d4 b8 c4 a8 | d4 b8 g4 g8 |
1061     a4 b8 c b a | d4 b8 g4. |
1062   }
1063   \addlyrics {
1064     Girls and boys come | out to play,
1065     The | moon doth shine as | bright as day; |
1066   }
1067 >>
1068 @end lilypond
1069
1070 Als je de code van het bovenstaand voorbeeld compileert,
1071 zul je waarschuwingen op het scherm zien:
1072
1073 @example
1074 song.ly:12:29: waarschuwing: maat-controle gefaald op: 5/8
1075     The | moon doth shine as
1076                              | bright as day; |
1077 song.ly:12:46: waarschuwing: maat-controle gefaald op: 3/8
1078     The | moon doth shine as | bright as day;
1079                                               |
1080 @end example
1081
1082 Dit is een goed voorbeeld van de waarde van maat-controles.
1083 Als we naar de muziek kijken, dan zien we dat de extra
1084 liedteksten niet helemaal goed uitgericht zijn met de noten.
1085 Het woord @notation{shine} moet op twee noten gezongen
1086 worden, niet op één.  Dit wordt een @notation{melisma}
1087 genoemd, een enkele lettergreep gezongen op meer dan een
1088 noot.  Er zijn verschillende manieren om een lettergreep
1089 over meerdere noten uit te verdelen, het eenvoudigst is een
1090 legatoboog over de noten te zetten, voor details, zie
1091 @ref{Overbindingen en legatobogen}:
1092
1093 @lilypond[verbatim,quote]
1094 <<
1095   \relative c'' {
1096     \key g \major
1097     \time 6/8
1098     d4 b8 c4 a8 | d4 b8 g4 g8 |
1099     a4 b8 c( b) a | d4 b8 g4. |
1100   }
1101   \addlyrics {
1102     Girls and boys come | out to play,
1103     The | moon doth shine as | bright as day; |
1104   }
1105 >>
1106 @end lilypond
1107
1108 De woorden zijn nu goed uitgericht met de noten, maar de
1109 automatische waardestrepen voor de noten boven
1110 @notation{shine as} zien er niet helemaal goed uit.  We
1111 kunnen dit verbeteren door handmatige
1112 waardestreep-aanduidingen in te voegen om de automatische
1113 waardestrepen te overschrijven, voor details, see
1114 @ref{Automatische en handmatige waardestrepen}.
1115
1116 @lilypond[verbatim,quote]
1117 <<
1118   \relative c'' {
1119     \key g \major
1120     \time 6/8
1121     d4 b8 c4 a8 | d4 b8 g4 g8 |
1122     a4 b8 c([ b]) a | d4 b8 g4. |
1123   }
1124   \addlyrics {
1125     Girls and boys come | out to play,
1126     The | moon doth shine as | bright as day; |
1127   }
1128 >>
1129 @end lilypond
1130
1131 Als alternatief voor het gebruik van legatobogen, kunnen
1132 melismata worden aangegeven door in de liedtekst een
1133 underscore @code{_} toe te voegen voor elke noot die moet
1134 worden opgenomen in de melisma:
1135
1136 @lilypond[verbatim,quote]
1137 <<
1138   \relative c'' {
1139     \key g \major
1140     \time 6/8
1141     d4 b8 c4 a8 | d4 b8 g4 g8 |
1142     a4 b8 c[ b] a | d4 b8 g4. |
1143   }
1144   \addlyrics {
1145     Girls and boys come | out to play,
1146     The | moon doth shine _ as | bright as day; |
1147   }
1148 >>
1149 @end lilypond
1150
1151 Als een lettergreep zich uitstrekt over een aantal noten of
1152 over een noot die heel lang duurt, wordt gewoonlijk een
1153 @notation{legatolijn} getrokken vanaf de lettergreep die
1154 zich uitstrekt onder alle noten van die lettergreep.  Die
1155 wordt ingevoerd als twee underscores @code{__}.  Hier is een
1156 voorbeeld uit de eerste drie maten van @notation{Dido's
1157 Lament}, van Purcells @notation{Dido and Æneas}:
1158
1159 @lilypond[verbatim,quote]
1160 <<
1161   \relative c'' {
1162     \key g \minor
1163     \time 3/2
1164     g2 a bes | bes2( a) b2 |
1165     c4.( bes8 a4. g8 fis4.) g8 | fis1
1166   }
1167   \addlyrics {
1168     When I am | laid,
1169     am | laid __ in | earth,
1170   }
1171 >>
1172 @end lilypond
1173
1174 In geen van de voorbeelden tot nu toe zijn woorden met meer
1175 dan een lettergreep gebruikt.  Zulke woorden worden
1176 gewoonlijk opgedeeld in een lettergreep per noot, met
1177 koppeltekens tussen de lettergrepen.  Zo'n koppelteken
1178 worden ingevoerd als twee streepjes, wat een koppelteken
1179 midden tussen de twee lettergrepen oplevert.  Hier is een
1180 voorbeeld dat dit laat zien en alles wat we tot nu toe
1181 hebben geleerd over het uitrichten van liedteksten naar
1182 noten.  notes.
1183
1184 @c no ragged-right here because otherwise the hyphens get lost,
1185 @c but the example is long enough to avoid looking strange.
1186 @lilypond[verbatim,quote,noragged-right]
1187 <<
1188   \relative c' {
1189     \key g \major
1190     \time 3/4
1191     \partial 4
1192     d4 | g4 g a8( b) | g4 g b8( c) |
1193     d4 d e | c2
1194   }
1195   \addlyrics {
1196     A -- | way in a __ | man -- ger,
1197     no __ | crib for a | bed, __
1198   }
1199 >>
1200 @end lilypond
1201
1202 Sommige liedteksten, vooral die in het Italiaans, hebben het
1203 omgekeerde nodig: het zetten van meer dan een lettergreep op
1204 een noot.  Dit wordt bereikt door lettergreepen aan elkaar
1205 te koppelen met een enkele underscore @code{_} (zonder
1206 spaties), of door ze tussen dubbele aanhalingtekens te
1207 zetten.  Hier is een voorbeeld uit Rossini's
1208 @notation{Figaro}, waar @notation{al} op dezelfde noot moet
1209 worden gezongen als @notation{go} uit het @notation{Largo}
1210 in Figaro's aria @notation{Largo al factotum}:
1211
1212 @c no ragged-right here because otherwise the hyphens get lost,
1213 @c but the example is long enough to avoid looking strange.
1214 @lilypond[verbatim,quote,noragged-right]
1215 <<
1216   \relative c' {
1217     \clef "bass"
1218     \key c \major
1219     \time 6/8
1220     c4.~ 8 d b | c8([ d]) b c d b | c8
1221   }
1222   \addlyrics {
1223     Lar -- go_al fac -- | to -- tum del -- la cit -- | tà
1224   }
1225 >>
1226 @end lilypond
1227
1228
1229 @seealso
1230 Notatiehandleiding:
1231 @ruser{Vocal music}.
1232
1233
1234 @node Liedteksten bij meerdere notenbalken
1235 @translationof Lyrics to multiple staves
1236 @subsection Liedteksten bij meerdere notenbalken
1237
1238 @cindex liedteksten en meerdere notenbalken
1239 @cindex meerdere notenbalken en liedteksten
1240
1241 De eenvoudige aanpak met @code{\addlyrics} kan gebruikt
1242 worden voor het plaatsen van liedteksten onder meer dan een
1243 notenbalk.  Hier is een voorbeeld uit Handels
1244 @notation{Judas Maccabæus}:
1245
1246 @lilypond[verbatim,quote]
1247 <<
1248   \relative c'' {
1249     \key f \major
1250     \time 6/8
1251     \partial 8
1252     c8 | c8([ bes]) a a([ g]) f | f'4. b, | c4.~ 4
1253   }
1254   \addlyrics {
1255     Let | flee -- cy flocks the | hills a -- | dorn, __
1256   }
1257   \relative c' {
1258     \key f \major
1259     \time 6/8
1260     \partial 8
1261     r8 | r4. r4 c8 | a'8([ g]) f f([ e]) d | e8([ d]) c bes'4
1262   }
1263   \addlyrics {
1264     Let | flee -- cy flocks the | hills a -- dorn,
1265   }
1266 >>
1267 @end lilypond
1268
1269 Partituren die ingewikkelder zijn dan dit eenvoudige
1270 voorbeeld kun je beter maken door het uit elkaar trekken van
1271 de score structuur en de noten en liedteksten door het
1272 gebruik van variabelen.  Dit wordt behandeld in
1273 @ref{Stukken organiseren met variabelen}.
1274
1275
1276 @seealso
1277 Notatiehandleiding:
1278 @ruser{Vocal music}.
1279
1280
1281 @node De puntjes op de i's
1282 @translationof Final touches
1283 @section De puntjes op de i's
1284
1285 Dit is de laatste paragraaf van het leerboek; het laat zien
1286 hoe je de puntjes op de i's zet voor eenvoudige stukken, en
1287 geeft een inleiding op het vervolg van de handleiding.
1288
1289 @menu
1290 * Stukken organiseren met variabelen::
1291 * Titels toevoegen::
1292 * Absolute notenamen::
1293 * Na het leerboek::
1294 @end menu
1295
1296
1297 @node Stukken organiseren met variabelen
1298 @translationof Organizing pieces with variables
1299 @subsection Stukken organiseren met variabelen
1300
1301 @cindex variabelen
1302 @cindex variabelen, definiëren
1303 @cindex identifiers
1304 @cindex macro's
1305 @cindex variabelen toekennen
1306 @cindex variables gebruiken
1307 @cindex gebruik van variables
1308 @cindex variabelen, toegestane tekens in
1309 @cindex tekens toegestaan in variabelen
1310
1311 Wanneer alle elementen die eerder zijn besproken worden
1312 gecombineerd om grotere bestanden te maken, worden de
1313 muziekuitdrukkingen een stuk groter.  In polyfone muziek met
1314 veel notenbalken, kunnen invoerbestanden heel verwarrend
1315 worden.  Deze verwarring kunnen we verminderen door het
1316 gebruik van @emph{variabelen}.
1317
1318 Met variabelen (ook bekend als identifiers of macro's),
1319 kunnen we ingewikkelde muziekuitdrukkingen in stukken
1320 breken.  Een waarde aan een variabele toekennen gaat as
1321 volgt:
1322
1323 @example
1324 benoemdeMuziek = @{ @dots{} @}
1325 @end example
1326
1327 De inhoud van de muziekuitdrukking @code{benoemdeMuziek} kan
1328 later worden gebruikt door een backslash voor de naam te
1329 zetten (@code{\benoemdeMuziek}, precies als een gewoon
1330 LilyPond-commando).
1331
1332 @c KEEP LY
1333 @lilypond[verbatim,quote]
1334 viool = \new Staff {
1335   \relative c'' {
1336     a4 b c b
1337   }
1338 }
1339
1340 cello = \new Staff {
1341   \relative c {
1342     \clef "bass"
1343     e2 d
1344   }
1345 }
1346 {
1347   <<
1348     \viool
1349     \cello
1350   >>
1351 }
1352 @end lilypond
1353
1354 @noindent
1355 De naam van een variabele mag alleen letters bevatten, geen
1356 cijfers, underscores, or of streepjes.
1357
1358 Variabelen moeten gedefiniëerd worden @emph{voor} de
1359 eigenlijke muziekuitdrukking, daarna kunnen ze zo vaak als
1360 nodig worden hergebruikt.  Ze kunnen zelfs worden gebruikt
1361 om de inhoud van een nieuwe variabele te construeren, wat
1362 een manier is om een stuk muziek met veel herhalingen
1363 compacter in te voeren.
1364
1365 @c KEEP LY
1366 @lilypond[verbatim,quote]
1367 trioolA = \tuplet 3/2 { c,8 e g }
1368 maatA = { \trioolA \trioolA \trioolA \trioolA }
1369
1370 \relative c'' {
1371   \maatA \maatA
1372 }
1373 @end lilypond
1374
1375 Variabelen kunnen worden gebruikt voor allerlei andere typen
1376 objecten in de invoer.  Bijvoorbeeld
1377
1378 @example
1379 breedte = 4.5\cm
1380 naam = "Janneke"
1381 aVijfPapier = \paper @{ paperheight = 21.0 \cm @}
1382 @end example
1383
1384 Afhankelijk van de inhoud kan de variabele gebruikt wonden
1385 op verschillende plaatsen.  Onderstaand voorbeeld maakt
1386 gebruik van de bovenstaande variabelen:
1387
1388 @example
1389 \paper @{
1390   \aVijfPapier
1391   line-width = \breedte
1392 @}
1393
1394 @{
1395   c4^\naam
1396 @}
1397 @end example
1398
1399
1400 @node Titels toevoegen
1401 @translationof Adding titles
1402 @subsection Titels toevoegen
1403
1404 @cindex titel
1405 @cindex kopjes
1406 @cindex titelblok
1407
1408 @funindex \header
1409 @funindex header
1410
1411 De titel, componist, opusnummer, en soortgelijke informatie
1412 worden ingevoerd in het @code{\header}-blok.  Deze bevindt
1413 zich buiten de muziekuitdrukking; het @code{\header}-blok
1414 staat gewoonlijk direct onder het versienummer.
1415
1416 @example
1417 \version @w{"@version{}"}
1418
1419 \header @{
1420   title = "Symfonie"
1421   composer = "Ik"
1422   opus = "Op. 9"
1423 @}
1424
1425 @{
1426   @dots{} muziek @dots{}
1427 @}
1428 @end example
1429
1430 Als het bestand wordt verwerkt, worden titel en componist en
1431 opus boven de muziek geprint.  Meer informatie over titels
1432 staat in @ruser{Creating titles headers and footers}.
1433
1434
1435 @node Absolute notenamen
1436 @translationof Absolute note names
1437 @subsection Absolute notenamen
1438
1439 @cindex notenamen
1440 @cindex notenamen, absolute
1441 @cindex absolute modus
1442 @cindex absolute waarden voor toonhoogten
1443 @cindex toonhoogten, absolute waarden
1444 @cindex absolute notenamen
1445
1446 Totnutoe hebben we steeds @code{\relative} gebruikt om
1447 toonhoogten aan te duiden.  Dit is voor de meeste muziek de
1448 eenvoudigste manier van invoeren, maar er is ook een andere
1449 manier om toonhoogten in te voeren: de absolute modus.
1450
1451 Alls je @code{\relative} weglaat, behandelt LilyPond alle
1452 toonhoogten als absolute waarden.  Een @code{c'} betekent
1453 altijd de centrale C, een @code{b} betekent altijd de noot
1454 een stapje onder de centrale C en een @code{g,} is altijd de
1455 noot onderaan de balk bij de bassleutel.
1456
1457 @lilypond[verbatim,quote]
1458 {
1459   \clef "bass"
1460   c'4 b g, g, |
1461   g,4 f, f c' |
1462 }
1463 @end lilypond
1464
1465 Hier is een toonladder over vier octaven:
1466
1467 @lilypond[verbatim,quote]
1468 {
1469   \clef "bass"
1470   c,4 d, e, f, |
1471   g,4 a, b, c |
1472   d4 e f g |
1473   a4 b c' d' |
1474   \clef "treble"
1475   e'4 f' g' a' |
1476   b'4 c'' d'' e'' |
1477   f''4 g'' a'' b'' |
1478   c'''1 |
1479 }
1480 @end lilypond
1481
1482 Zoals je ziet, behoeft het schrijven van een melodie in de
1483 vioolsleutel nogal wat apostrof-tekens @code{'}.  Kijk eens
1484 naar dit fragment van mozart:
1485
1486 @lilypond[verbatim,quote]
1487 {
1488   \key a \major
1489   \time 6/8
1490   cis''8. d''16 cis''8 e''4 e''8 |
1491   b'8. cis''16 b'8 d''4 d''8 |
1492 }
1493 @end lilypond
1494
1495 Al die apostrofs maken de invoer onleesbaar en zijn een bron
1496 van fouten.  met @code{\relative} is bovenstaand voorbeeld
1497 een stuk leesbaarder en ook eenvoudiger in te voeren:
1498
1499 @lilypond[verbatim,quote]
1500 \relative c'' {
1501   \key a \major
1502   \time 6/8
1503   cis8. d16 cis8 e4 e8 |
1504   b8. cis16 b8 d4 d8 |
1505 }
1506 @end lilypond
1507
1508 Als je een fout maakt met een octaveringsteken (@code{'} of
1509 @code{,}) in de @code{\relative}-modus, wordt dat heel snel
1510 duidelijk -- veel noten staan in het verkeerde octaaf.  Als
1511 je in absolute modus werkt, is een enkele octaaffout lang
1512 niet zo goed zichtbaar, en zal dus ook niet zo eenvoudig te
1513 vinden zijn.
1514
1515 Echter, absolute modus is is nuttig in muziek met zeer grote
1516 intervallen en vooral voor lilypond-invoer die met de
1517 computer wordt gegenereerd.
1518
1519
1520 @node Na het leerboek
1521 @translationof After the tutorial
1522 @subsection Na het leerboek
1523
1524 Als je dit leerboek uit hebt, kun je het beste zelf een paar
1525 stukken in gaan voeren.  Begin met het toevoegen van noten
1526 aan een van de @ref{Templates}.  Als je notatie nodig hebt
1527 die niet is behandeld in het leerboek, kijk dan in de
1528 notatiehandleiding, beginnend bij @ruser{Musical notation}.
1529 Al je een stuk wilt schrijven voor een ensemble waarvoor
1530 geen sjabloon beschikbaar is, kijk dan naar @ref{Extending
1531 the templates}.
1532
1533 Zodra je een paar korte stukken hebt geschreven, lees de
1534 rest van de beginnershandleiding (hoofdstukken 3-5).  Je mag
1535 die nu natuurlijk ook best gaan lezen!  Echter, het vervolg
1536 van de Beginnershandleiding veronderstelt dat je vertrouwd
1537 bent met LilyPond-invoer.  Je zou die hoofstukken snel
1538 kunnne doorkijken en later terugkomen als je wat meer
1539 ervaring hebt.
1540
1541 In dit leerboek en in het vervolg van de
1542 beginnershandleiding is een alinea @strong{Zie ook} aan het
1543 eind van elke paragraaf met kruisverwijzingen naar andere
1544 paragrafen: deze kruisverwijzingen kun je beter niet volgen
1545 bij de eerste keer lezen.  Als je de gehele
1546 beginnershandleiding een keer hebt gelezen, wil je wellicht
1547 bepaalde stukken herlezen en kun je deze kruisverwijzingen
1548 bijvoorbeeld volgen voor meer informatie.
1549
1550 Mocht je dat nog niet gedaan hebben, lees @emph{alsjeblieft}
1551 het @ref{Overzicht van handleidingen}.  Er is veel
1552 informatie beschikbaar over LilyPond, dus nieuwkomers weten
1553 vaak niet waar ze precies moeten zoeken.  Als je vijf
1554 minuten uittrekt om die paragraaf goed te lezen, kun je
1555 jezelf uren frustratie besparen met het zoeken op
1556 verkeerde plaatsen!
1557